Nieuwe klinische consensus gepubliceerd in China: HbA1c-point-of-care-testen krijgen verdere steun
In juni 2025 publiceerde Laboratory Medicine and Clinical de Expert Consensus on the Clinical Application of Point-of-Care Testing for Glycated Hemoglobine. Het document, ontwikkeld door vooraanstaande Chinese experts in laboratoriumdiagnostiek en endocrinologie, biedt een gestandaardiseerd kader voor het gebruik van HbA1c POCT in zowel ziekenhuizen als eerstelijnszorg.
Nu landen in Zuidoost-Azië zoals Maleisië en Thailand hun programma's voor diabetesmanagement blijven versterken, biedt deze consensus tijdige richtlijnen voor de manier waarop HbA1c-testen op de plaats van zorg veilig en effectief kunnen worden geïmplementeerd in klinieken en poliklinische omgevingen.
12 belangrijke consensusverklaringen
Hieronder vindt u een vertaalde samenvatting van de 12 belangrijkste consensuspunten die in het Chinese document worden gepresenteerd:
Consensus 1: Immunoassays zijn geschikt voor primaire screening. Boronaat-affiniteitschromatografie voldoet aan de nauwkeurigheidseisen voor klinisch gebruik. Optische methoden hebben de voorkeur in geavanceerde laboratoria vanwege de diagnostische precisie. Biosensor- en microfluïdische integratietechnologieën vertegenwoordigen toekomstige trends. Samen vormen deze vier methoden een gelaagd POCT-systeem voor diabetesmanagement.
Consensus 2: Specifieke klinische scenario's worden aanbevolen voor elk van de vier testmethoden: immunoassay, boronaat-affiniteitschromatografie, optische methoden en biosensor-/microfluïdische integratie. Zie tabel 1 in het originele document voor details.
Consensus 3: In instellingen voor eerstelijnszorg, zoals gezondheidscentra in de gemeente en wijkklinieken, en bij spoedtesten aan het bed, dient HbA1c POCT prioriteit te krijgen bij screening op diabetes met een hoog risico. Afwijkende resultaten dienen te worden bevestigd met behulp van HPLC-laboratoriummethoden. Voor volwassenen is de algemene HbA1c-controledoelstelling <7,0%, met aanpassingen op basis van klinische kenmerken.
Consensus 4: Instellingen voor eerstelijnszorg zouden moeten beschikken over gestandaardiseerde POCT-apparatuur, kwaliteitscontrolesystemen moeten implementeren, personeel moeten opleiden en de interoperabiliteit van regionale gezondheidsgegevens moeten waarborgen. Mogelijke verstorende factoren moeten vóór de test worden beoordeeld; HPLC-bevestiging wordt indien nodig aanbevolen.
Consensus 5: In omgevingen met beperkte middelen worden POCT-apparaten aanbevolen die traceerbaar zijn naar IFCC-referentiemethoden en NGSP-gecertificeerd zijn. Fabrikanten moeten documentatie over de traceerbaarheid verstrekken. In grotere instellingen kunnen geschikte systemen worden geselecteerd op basis van de behoeften van het laboratorium.
Consensus 6: Voor scenario's die snelle resultaten vereisen, zoals spoedeisende hulp, testen aan het bed en plattelandsklinieken, kunnen POCT-apparaten worden gebruikt. Rapporten moeten duidelijk 'POCT' vermelden en de methodegerelateerde interferentie specificeren, zodat clinici eraan worden herinnerd de resultaten te interpreteren in de context van de patiëntgeschiedenis.
Consensus 7: Het wordt aanbevolen dat eerstelijnszorginstellingen POCT-gegevens koppelen aan het elektronisch patiëntendossier via regionale informatiesystemen, om de continuïteit van de zorg te waarborgen. Regelmatige controles worden geadviseerd voor patiënten met een slechte bloedglucoseregulatie.
Overeenstemmingons 8: Instellingen moeten goede workflows opzetten voor de behandeling van monsters en het beheer van de resultaten. Personeel moet getraind zijn in het verzamelen van monsters, het omgaan met afwijkende resultaten en interdisciplinaire communicatie om nauwkeurige en betrouwbare resultaten te garanderen.
Consensus 9: Vóór het onderzoek moeten artsen beoordelen of patiënten hemoglobinopathieën, bloedarmoede of andere storende factoren hebben. Dit is met name belangrijk in POCT-situaties. Afwijkende resultaten moeten worden geïnterpreteerd aan de hand van rode bloedcelparameters (bijv. MCV, MCHC) of genetische tests. Behandelbeslissingen mogen bij acute aandoeningen niet uitsluitend gebaseerd zijn op HbA1c-resultaten.
Consensus 10: Medische instellingen zouden POCT-vergelijkingsprogramma's moeten opzetten en regelmatig kruiscontroles met centrale laboratoria moeten uitvoeren. De bias tussen POCT- en laboratoriumresultaten moet binnen aanvaardbare grenzen blijven.
Consensus 11: Strikte kwaliteitscontroleprocedures moeten worden geïmplementeerd voor POCT (dagelijkse kwaliteitscontrole, periodieke kalibratie). Het gebruik van bijpassende kwaliteitscontrolematerialen wordt aanbevolen om batchvariatie te voorkomen. Personeel moet regelmatig worden getraind en geëvalueerd. In omgevingen met beperkte middelen moet de nadruk liggen op apparaatonderhoud en realtime kwaliteitsbewaking via regionale digitale platforms.
Consensus 12: Regionale platforms voor gezondheidsinformatie moeten het delen van gegevens vergemakkelijken om zo de continuïteit van de diabeteszorg te verbeteren.
Implicaties voor Zuidoost-Azië
De Chinese consensus weerspiegelt de groeiende wereldwijde consensus: HbA1c POCT is essentieel voor gedecentraliseerde diabetescontrole. Voor landen zoals Maleisië en Thailand, waar plattelandsbevolking en de werkdruk in klinieken de toegang tot laboratoria belemmeren, biedt point-of-care-testen:
Snellere diagnose en follow-up
Verhoogde testdekking
Lagere belasting voor centrale laboratoria
Nu het aantal gevallen van diabetes type 2 in Zuidoost-Azië stijgt, is het garanderen van nauwkeurige en traceerbare POCT-hulpmiddelen op gemeenschapsniveau niet langer optioneel, maar cruciaal.
Om aan te sluiten bij deze wereldwijde klinische prioriteiten, biedt wizbiotech een op fluorescerende immunoassay gebaseerde HbA1c POCTplatform dat:
Vereist alleen vingerprikbloed
Geeft resultaten binnen 15 minuten
Ondersteunt gebruik in de eerstelijnszorg, mobiele screening of noodhulpsituaties
Ons systeem is ontworpen voor nauwkeurigheid en gebruiksgemak en stelt medisch personeel in staat om tests uit te voeren, metingen te verrichten en hierop te reageren - en dat allemaal tijdens één patiëntbezoek.